Parijs 1936
Parijs heeft in jaren niet zo'n hete zomer als deze gehad. Het kwik stijgt nu al bijna 8 dagen boven de 35 graden Celcius. Het maakt Parijs nog mooier dan zij nu al is. De bistro's blijven langer open dan normaal. Het is druk is de rokerige bistro waar Juliën regelmatig zijn avonden doorbrengt. De accordeon van Jean-Pierre vult de lucht met de meest prachtige chansons en zijn stem vult deze zalig aan. Het is een bijzondere avond voor Juliën. Vanavond zal hij madame Julia in levende lijve ontmoeten. Madame Julia runt een nachtclub aan de Rue de la Republique. In Parijs is madame Julia geen onbekende. Nu nog, na 8 jaar blijft het een mysterie hoe Luc Presson, haar gewezen echtgenoot, is overleden. De geruchten waren en zijn niet van de lucht. Feit is wel dat Luc in de winter van 1928 levenloos is aangetroffen in de Seine. Alleen dit gegeven al maakt de aanstaande ontmoeting nog spannender maar ook de oogverblindende schoonheid van deze madame maakt deze avond zeer speciaal......
Het was net zo warm als bij de eerste keer, dat Juliën Madame Julia's club voor het eerst had bezocht. Juliën mocht zich een tevreden mens noemen. Hij had een lieve vrouw, waar hij van hield, een baan, waar hij met plezier naartoe ging en die hem ook voldoende betaalde om een comfortabel leven te kunnen leiden. En toch... Alweer een tijdje geleden was hij zich bewust geworden van een onbestemd gevoel, een vreemd, ondefinieerbaar verlangen. Een onzichtbare kracht had hem die avond naar de club van Madame Julia getrokken. Sinds die eerste keer kwam hij er regelmatig, ongeveer een keer per maand. De meeste meisjes kende hij bij naam, maar met geen van hen was hij ooit naar een van de (waarschijnlijk zeer comfortabele) kamers gegaan. Juliën bestelde meestal een of twee drankjes, liet de sfeer op zich inwerken en vertrok dan weer. Als je binnenkwam in de club, betrad je - na de hal met garderobe - een ruime lounge. Links achterin bevond zich een moderne bar. Het was er aangenaam verlicht. Niet schemerig en toch ook weer niet te licht. Verder stonden in de lounge wat zitjes met tafeltjes. Aan de linker- en rechterkant bevonden zich lichte houten deuren, die toegang gaven tot de kamers. Helemaal achterin bevond zich een zware houten deur. De toegang tot datgene, wat Juliën van af die eerste keer had geïntrigeerd: de Kelder. Aan weerszijden van de deur hingen twee lampen, gestileerde toortsen en de deur was altijd gesloten. Eén keer had Juliën toegegeven aan zijn nieuwsgierigheid. Met langzame passen was hij naar de deur gelopen om er vervolgens achter te komen, dat deze op slot was. Voorzichtig had hij de meisjes ernaar gevraagd. Het bleek, dat de Kelder uitsluitend toegankelijk was voor geselecteerde klanten. Ook deze geselecteerde klanten konden niet zomaar terecht in de Kelder. Op gezette tijden werden zijn ontboden. Madame Julia schreef en verstuurde deze uitnodigingen hoogstpersoonlijk. Madame Julia had hij slechts één keer gezien en die keer had grote indruk op hem gemaakt. Terwijl hij - zoals gewoonlijk - aan de bar zat onder het genot van een glas cognac was Ze binnengekomen. Haar aanwezigheid was direct voelbaar en ademloos keek Juliën naar Haar. Even bleef Ze staan, nam de omgeving goed in zich op, zoals een koningin haar rijk overziet en vervolgens was Ze door één van de deuren aan de zijkant weer vertrokken. Juliën had Haar aanschouwd en een siddering trok langs zijn ruggegraat toen Haar blik op hem viel. Sindsdien had het beeld van Madame Julia hem niet meer losgelaten. Hij was niet verliefd, dat wist hij, maar Madame Julia intrigeerde hem op een ongelooflijke manier. Madame Julia en de Kelder. Over allebei hing als het ware een sluier van mysterie, mystiek en donkere verlangens...
Ook Madame Julia leidde een dubbelleven. Haar man leefde jaren in de veronderstelling, dat Zij in een hotel werkte. De waarheid was, dat Zij enkele jaren geleden deze club was begonnen en onder Haar leiding was de club uitgegroeid tot wat het nu was. Toen de inkomsten uit de club zo hoog werden, dat het onmogelijk werd om nog langer vol te houden, dat Zij in een hotel werkte, verdween Haar man spoorloos. Om vervolgens dus levenloos in de Seine gevonden te worden...
Zelf had Zij zich nooit ingelaten met klanten. Madame Julia had vanaf het begin strikte regels geformuleerd. Ze stelde hoge eisen. Aan de inrichting van de club, aan de meisjes, maar zeker ook aan de klanten. Een klant, die een meisje met onvoldoende respect behandelde werd zonder pardon verwijderd. Madame Julia had een goed gevoel voor sfeer en ambiance. De hele club ademde ontspannen, terwijl er tegelijkertijd constant een bijna tastbare spanning in de lucht hing. De meisjes, die bij de club werkten, deden dat niet alleen voor het geld, maar vooral voor het plezier. Twee jaar na de opening had Madame Julia de Kelder laten aanleggen. De Kelder was het domein van de klanten die een bijzondere mate van respect voor de meisjes hadden laten zien en voor de meisjes, die duidelijk genot schiepen in dat respect. De Kelder kortom, was de plaats, waar de Vrouw aanbeden werd en daarmee alleen toegankelijk voor de Vrouwen die het verdienden aanbeden te worden en de mannen, die zich bewust waren van de Macht van de Vrouw.
En nu, ruim een half jaar na dat eerste bezoek, was Juliën uitgenodigd voor een ontmoeting met Madame Julia. Alhoewel, uitgenodigd was niet het juiste woord. Bij zijn laatste bezoek had één van de meisjes hem opgedragen zich vandaag te melden. Hij moest een tafeltje kiezen op het terras van de bistro, die zich schuin tegenover Madame Julia's club bevond. Daar zat hij nu. Een kop koffie voor zich, continu om zich heen kijkend.
Zonder dat Juliën er erg in had, was Madame Julia aangeschoven. Plotseling werd hij zich bewust van de blik, die hem onderzoekend opnam. Juliën draaide zijn hoofd en keek in de zwijgende ogen van Madame Julia. Juliën's gevoel van verwachtingsvolle spanning sloeg om in paniek. Hij begon te hakkelen. Madme Julia zei niets, maar bleef Haar ogen strak op hem gericht houden, blijkbaar volkomen onaangedaan. Juliën voelde - net als die eerste keer - een siddering langs zijn ruggegraat trekken. Hij stamelde een onhandig "goedenavond". Madame Julia zweeg, hem strak aankijkend. Haar indringende ogen lieten geen emotie zien. Of toch? Even dacht Juliën aan Haar te zien, dat Zij genoegen beleefde aan zijn gespartel. Hij wilde nog iets gaan zeggen om alsnog zijn gezicht te redden, maar Haar blik legde hem het zwijgen op. Juliën sloeg zijn ogen neer. De kelner zette zwijgend twee glazen cognac neer en uit zijn ooghoek zag hij hoe Madame Julia bedachtzaam van het glas nipte. Na een minuut, die wel een eeuwigheid leek te duren sprak Madame Julia. Het geluid van Haar donkere, zachte stem hield Juliën gevangen. "Zo", sprak Madame Julia, "Juliën, zo heet je toch?". Juliën stamelde bevestigend.
|